De uitdaging van de stad: verdichten én vergroenen
Er moet de komende jaren stevig worden bijgebouwd om aan de vraag naar woningen te kunnen voldoen. Maar met elke nieuwe baksteen in de stad dreigt een stukje groen te verdwijnen.
Flink bijbouwen
Als het aan minister Ollongren van Binnenlandse Zaken ligt moet er tot 2025 flink worden bijgebouwd om in de behoefte te voorzien: 75.000 woningen per jaar. Bakstenen komen vaak in de plaats van groen in de stad. Maar dat komt niet ten goede van de leefbaarheid in de stad, waarschuwt Robbert Snep, onderzoeker aan de Universiteit van Wageningen: "De uitdaging die de steden nu hebben is om te verdichten én te vergroenen."
Groen verdwijnt uit de stad
"Het groen dat verdwijnt uit de stad is aanzienlijk", ziet planoloog Mendel Giezen van de Universiteit van Amsterdam. "De afgelopen dertien jaar is er ongeveer 600 voetbalvelden aan groen verdwenen in Amsterdam." Het gaat niet zozeer om parken en plantsoenen, maar het zijn de kleine stukjes natuur die verdwijnen, het zogeheten splintergroen.
Het is bij nieuwbouwprojecten niet vanzelfsprekend dat het verdwenen groen terugkomt. De planoloog ziet dat het vaak al misgaat in het planningsproces, waardoor de resultaten vaak niet wenselijk zijn. "Ik denk dat stadsbesturen er niet alert genoeg op zijn, vooral niet aan het begin van het proces. Je ziet wel bij sommige projecten dat er later reparaties plaatsvinden, zoals een dak groen maken of later een plein vergroenen."
Leefbaarheid
Bomen, struikjes, gras, bloemen, plantsoentjes: de mens gedijt beter in een groene omgeving. "Daarbij kan groen bijdragen aan de leefbaarheid van de steden", zegt groene steden-expert Robbert Snep. Hij hamert erop dat projectontwikkelaars niet alleen moeten denken aan opbrengst en rendement, maar ook aan de kleine stukjes natuur omdat deze bijdragen aan het welzijn en het geluk van mensen.
Het groen zorgt niet alleen voor gezondheidsvoordelen, maar ook voor veel meer sociale cohesie. Mensen zijn sneller geneigd om naar buiten te gaan, te gaan wandelen en elkaar op te zoeken. Bovendien heeft de stad groen nodig om de gevolgen van klimaatverandering beter te kunnen opvangen. Groen vangt hitte op, zorgt voor verkoeling en bij hoosbuien vangt het het overtollige water voor een deel op en zorgt voor biodiversiteit.
Groene architectuur
De minst groene steden zijn te vinden in de Randstad. Juist in deze regio moet in de komende jaren veel worden bijgebouwd. "Daarbij is de 'Groene architectuur', waarbij je kijkt naar wat je op en tegen de gebouwen aan kan laten groeien, heel belangrijk", aldus Snep.
Het Medina-complex in Eindhoven is een voorbeeld van een wijk die voldoet aan de kritische eisen van Snep. De weelderige hangtuinen hebben de wijk een stuk groener gemaakt. "Er zijn hier meer dan 5.000 hangplanten, bomen, struiken en planten aangeplant." Bij dit project maken de bewoners in de Vereniging van Eigenaren (VvE) afspraken over het aanplanten en verzorgen van het openbare, gemeenschappelijke en privé groen in en rondom het wooncomplex."
Niet voor niets stelt de BTV met deze website: "Wonen, Werken en recreëren" - Het kán in Rotterdam Central Park
Steden in Nederland met minste groen
Amsterdam en Rotterdam zijn de minst groene steden
1. Amsterdam
2. Rotterdam
3. Den Haag
4. Haarlem
5. Utrecht
Steden in Nederland met meeste groen
1. Arnhem
2. Almere
3. Groningen
4. Zwolle
5. Amersfoort
Bron: Binnenlands Bestuur
Originele publicatie
Auteur: Jan Ponsen | EenVandaag (12-01-2019)
Angst
Het nut en de noodzaak van deze 'groene architectuur' ten spijt, het is nog niet een vanzelfsprekendheid om op die manier te bouwen. Gemeentes zouden grond onder groene voorwaarden kunnen verkopen, maar dat gebeurt slechts mondjesmaat ziet Giezen. "Het opleggen van zulke beperkingen gaat gepaard met angst dat er dan niet meer ontwikkeld en gebouwd wordt. Er wordt vaak gedacht dat ontwikkelaars niet meer geïnteresseerd zijn om woningen te bouwen omdat de kosten iets hoger komen te liggen."
"Er wordt vaak gedacht dat ontwikkelaars niet meer geïnteresseerd zijn om woningen te bouwen omdat de kosten iets hoger komen te liggen."
Mendel Giezen, planoloog van de Universiteit van Amsterdam